Seal

Digitale Charterbank Nederland

De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.

‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder

Uw zoekacties: Akte (reversaal) van graaf Edzard en Hugo van Oostfriesland,...

Charters

Zoeken in Charters

In het portaal kan full-text worden gezocht in ruim 150.000 records met charterbeschrijvingen. Bij opgave van twee zoektermen worden de records gevonden waarin beide zoektermen voorkomen. Ook kan de periode waarin wordt gezocht worden begrensd met een begin- en/of eindjaar.

Bij het zoeken op naam dient men zich te realiseren dat in veel beschrijvingen de originele spelling is overgenomen. Wanneer men op zoek is 'Alkmaar', doet men er goed aan om ook op de oude spellingen als 'Alcmaar', 'Alcmaer', 'Alcmair', 'Alkmaer' en 'Alkmair' te proberen. Hetzelfde geldt voor de variatie in de spelling van persoonsnamen: 'Gerard' kan ook verschijnen als 'Gheraerd', 'Gerrijt', 'Gherardus',  enzovoort.

beacon
211.892  charters
sorteren op:
 
 
 
 
3. Stukken uit het sächsisches hauptstaatsarchiv te dresden
3.1. Originalurkunden (akten in origineel)
73 Brief van Rooms-Koning Maximilaan I aan aartsbisschop Berthold von Mainz, waarin hij hem meedeelt dat hij zijn stadhouder en raden te Innsbruck heeft opgedragen om na te gaan hoe hoog de "nachschuld" (rente) bedraagt boven de 50000 gulden die zijn zoon Filips moet betalen [door hertog Albrecht werd in totaal een bedrag van 83926 goudgulden en 21 stuiver gevraagd]. De aartskanselier moet op hun aanwijzingen een schuldverklaring uitschrijven van de "kauffgelt oder zinszs" (rente) over de 101928 Rijnse goudgulden die hij de hertog schuldig is [zijn zoon Filips zou 200000 van de verschuldigde hoofdsom van 301928 Rijnse gulden betalen]. De rente bedraagt 5% (" auff einem kauff nemlich ye von zwentzig einen gulden zugeben"). Gegeven te Genua op 6 oktober 1496. Afschrift (transsumpt door aartsbisschop Berthold van Mainz), afhangend zegel is verloren gegaan.
Organisatie: Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum)
 
 
 
 
 
3. Stukken uit het sächsisches hauptstaatsarchiv te dresden
3.1. Originalurkunden (akten in origineel)
74 De stadhouder, raden - waaronder Fuchsen zu Fuchsperg "verweser des marschalckampts zu Ynszpruck" en Walthern von Stadion "pflegers zu Vellemberg" - te Innsbruck, tevens stadhouder en raden van de schatkamer aldaar, schrijven keurvorst Berthold zu Mainz dat zij "ein ernstlich schreiben und bevelch" van Maximiliaan hebben ontvangen inzake de rente ("nachraitunghalbe"), waarover hertog Albrecht van Saksen veelvuldig heeft geschreven. Zij hebben de "nachraitung von artickel zu artickel untz aff sand dionisien tag (=9 okt.) nehst- vergangen weysend ubersehen". Van de 83926 goudgulden en 21 stuiver "nachschuld" (rente) over de verschuldigde hoofdsom, zal Filips 50000 gulden betalen. Van het resterende bedrag zal Maximiliaan 24000 gulden zal betalen, waarover een schuldverklaring ("schultbrieffe") moet worden opgesteld. Gegeven te Innsbruck op 27 oktober 1496. Afschrift (vidimus door Berthold van Mainz), met afhangend zegel van Berthold van Mainz.
Organisatie: Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum)
 
 
 
 
 
3. Stukken uit het sächsisches hauptstaatsarchiv te dresden
3.1. Originalurkunden (akten in origineel)
77 Akte waarbij Rooms-Koning Maximiliaan verklaart dat hij de 50000 Rijnse gulden "redlicher gestenndiger schuld und dargelihens geld" bij Albrecht van Saksen heeft verkocht met het recht van wederkoop, voor een jaarlijks bedrag ("zinszs und guld") van 2500 goede Rijnse gulden (een 20e penning), in twee termijnen te Neurenberg te betalen, waarvoor de opbrengsten uit het graafschap Tirol als pand dienen. Gegeven te Innsbruck op 27 oktober 1496. Afschrift (transsumpt door aartskanselier Berthold van Mainz) afhangend zegel is verloren gegaan.
Organisatie: Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum)
 
 
 
 
 
3. Stukken uit het sächsisches hauptstaatsarchiv te dresden
3.1. Originalurkunden (akten in origineel)
78 Akte van Rooms-Koning Maximiliaan I dat hij de 125928 Rijnse goudgulden, welke hij Albrecht van Saksen schuldig was, aan de hertog heeft verkocht ("rechtlich zu kawffen geben haben") voor een jaarlijks bedrag van 6296 Rijnse goudgulden en 24 kreutzer (i.c. een 20e penning ofwel 5% rente), in gelijke helften te betalen op Pasen en Michaelis. Gegeven te Lindau op 18 november 1496. Afschrift (vidimus door Berthold van Mainz), met afhangend grootzegel van aartsbisschop Berthold van Mainz.
NB:
Vpl: Original Urkunde nr. 9181. Opm: De 125.928 Rijnse gulden schuld betreft de 101.928 gulden welke de Rooms-Koning van de hoofdsom van 301.928 gulden had overgenomen, vermeerderd met de rente over de afgelopen periode (�nachzaylung� of �nachschuld�). De rente over de gehele hoofdsom was na onderhandelingen te Antwerpen bepaald op 83.916 Rijnse goudgulden, welke evenwel later werd verminderd tot 74.000 gulden. Aartshertog Filips betaalde 50.000 gulden rente (een 4e penning) voor zijn aandeel van 200.000 Rijnse gulden van de hoofdsom. Hieruit volgt dat de Rooms-Koning 24.000 Rijnse gulden rente betaalde. Met vidimus van Johannes, bisschop van Meissen (oud nummer: nr. 159).
Organisatie: Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum)
 
 
 
Een product van:

Huygens ING De Ree