Digitale Charterbank Nederland
De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.
‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder
126 charters
sorteren op:
Titel | Datum | |
---|---|---|
De president en raden des konings over Holland geven vidimus van de akte van 30 juli 1449 waarbij de heer van Lannoy en de andere raden van de hertog van Bourgondië uitspraak doen in een geschil tussen de steden Groetebroeck en Eynckhuysen over het leggen van een sluis in de Vriesendijck. Groetebroeck krijgt toestemming om de dijk te doorgraven en een sluis te maken, op voorwaarde dat vanaf de zeedijk om de sluis en de te graven haven een binnendijk wordt gelegd. Voor wat de hoogte en breedte van deze dijk betreft zal men zich moeten richten naar de eisen die door dijkgraaf, heemraden en waarschappen worden gesteld. Zegel zwaar beschadigd. Handv. van Gr., pag. 44. (De akte is daar abusievelijk op 13 juli 1449 gedateerd). Inv.nr. 496. | ||
De president en raden des konings over Holland geven vidimus van de akte van 4 augustus 1449 van hertog Philips van Bourgondië inzake de kosten van aanleg van een haven. (Regest nr. 31). Zegel zwaar beschadigd. Inv.nr. 178. | ||
De president en de raden des konings over Holland geven vidimus van de akte van 10 juli 1451, waarbij de schouten van Haarlem en Grootebroek uitspraak doen in het geschil tussen Enkhuizen en Grootebroek betreffende hun waag, en bepalen, dat de door beide wagen de gebruiken gewichten even zwaar behoren te zijn als in Hoorn gebruikelijk is, dat men ze mag verzwaren of lichter maken zoals men in Hoorn gewoon is te doen, en dat elke waag over een metalen gewicht van 50 pond behoort te beschikken om te kunnen ijken. Voorts zal wat Enkhuizen in Grootebroek koopt aldaar gewogen moeten worden, en het weegloon door Grootebroek betaald moeten worden en omgekeerd. Wat door Grootebroek gewogen is en naderhand in Enkhuizen te licht wordt bevonden moet door Grootebroek tot het opgegeven gewicht worden aangevuld. Bij eventuele toekomstige geschillen zal men deze aan de burgemeesters ter plaatse moeten voorleggen. Voorts herroepen zij alle voorgaande regelingen inzake het geschil. Zegel afgevallen. Inv.nr. 577. | ||
Akte waarbij Philips van Bourgondië bepalingen geeft inzake betalingen aan de deken van West-Friesland, de benoeming van kerkmeesters en de bediening van het bode-ambt, 30 september 1433. Met eigentijds afschrift | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland voorschriften geven inzake de godsdienst die leden van het bestuur der stede Grootebroek moeten aanhangen, en inzake de rekening van de onkosten en de verponding der landen, 7 december 1649 | ||
Akte waarbij Philips II toestaat bepaalde belastingen te heffen ten behoeve van het onderhoud van de haven, 26 maart 1566 | ||
Akte waarbij Philips II aan de stede Grootebroek het recht verleent jaarlijks vier vredemakers aan te stellen om toezicht te houden op het dijkonderhoud, en jaarlijks een van de vier aftredende burgemeesters te herbenoemen, 23 juni 1556 | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland voorschriften geven inzake de godsdienst die leden van het bestuur der stede Grootebroek moeten aanhangen, en inzake de rekening van de onkosten en de verponding der landen, 7 december 1649 | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland de stede Grootebroek t.b.v. hun kerken, armen en weeshuis kwijtschelding van achterstallige verpondingen verlenen, 3 oktober 1754 | ||
Akte van aanstelling door stadhouder Willem III van Claes Coppedreyer tot koster, voorzanger en schoolmeester te Hoogkarspel, 2 maart 1681 | ||
Akte waarbij Karel V de verkiezingsdag van burgemeesters der stede Grootebroek verzet, en het recht op verkiezing van weesmeesters verleent, 15 maart 1532 | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland voor de tijd van 7 jaar octrooi verlenen om een belasting op bieren en wijnen te heffen ten behoeve van het weeshuis, 10 maart 1635 | ||
Akte van overeenkomst tussen de steden Grootebroek en Hem/Venhuizen betreffende de heffing van armengeld, 31 december 1652 | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland voor de tijd van 8 jaar octrooi verlenen om een belasting op turf, bieren en wijnen te heffen ten behoeve van het Oude Mannenhuis, 20 juli 1654 | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland octrooi verlenen om de 40ste penning, te heffen op de verkoop van onroerende goederen, ten behoeve van de armen met 2 penningen van elke gulden te verhogen, 10 december 1657. Met 18de eeuws afschrift | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland voor de tijd van 10 jaar octrooi verlenen om een accijns op rogge-, tarwe- en boekweitmeel te heffen ten behoeve van het weeshuis, 10 juli 1679 | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland de stede Grootebroek t.b.v. haar kerken, armen en weeshuis kwijtschelding verlenen van achterstallige verponding, 3 oktober 1754 | ||
Akte waarbij de Staten van Holland en West-Friesland het stadsbestuur van Grootebroek toestaan om een loterij te houden ten bate van de armen, wier huizen in de branden van 1681 en 1694 zijn verwoest, 18 december 1694 | ||
Akte waarbij Albrecht van Beieren de korentienden te Bovenkarspel en Grootebroek verpacht, 28 januari 1402 | ||
Akte waarbij Philips II aan die van Grootebroek en Lutjebroek zijn tienden aldaar verkoopt, 2 mei 1556 | ||