Digitale Charterbank Nederland
De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.
‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder
309 charters
sorteren op:
Titel | Datum | |
---|---|---|
349/52Het Hof van Holland verklaart dat Jacob van Couwenhoven en Pauwels van Hove toestemming hebben om bewijsstukken in te leveren in de zaak tussen de ambachtsbewaarders van Oost- en Westescamp en de schout van Den Haag, waarbij Van Couwenhoven zijn stukken heeft ingeleverd met het verzoek om een uitspraak van het hof. | ||
477/11Koning Filips II verleent Jan van Bodegem vrijstelling van wijn- en bieraccijns en alle andere voorrechten die zijn ambtsvoorgangers hebben gehad. | ||
764-a, f.59De schout en schepenen van Maasland verklaren dat Adriaen Dircxz. te Maassluis heeft overgedragen aan Jacob Jansz. Seijlmaecker te Maassluis een huis en gedeelte van een erf aan de westzijde van de Maasdijk in Maassluis, ten noorden begrensd door het huis en erf van Lenaert Maertensz. en een gedeelte van het gemeenlandshuis, ten zuiden door Jacob Jansz. 't Schaep, ten westen de haven en ten oosten een deel van het gemeenlandshuis en de Heerstraat op de Maasdijk.gen Jansdr., weduwe van Adriaen Willemsz. Kippe, verklaart 300 gulden ontvangen te hebben van de hoogheemraden vanwege de overname in eigendom van een huisje bij het gemeenlandshuis op de Maasdijk in Maassluis. | ||
495De Hoge Raad van Adel bevestigt het wapen van het hoogheemraadschap, bestaande uit een gevierendeeld schild met keizerskroon, geplaatst tegen een dubbele arend. | ||
764-b, f.59De schout en schepenen van Maasland verklaren dat zij het bouwsel op het onlangs door Jacob Jansz. Seijlmaecker te Maassluis gekochte perceel aan de buitenzijde van de Maasdijk in Maasluis hebben getaxeerd op 30 gulden. | ||
342/138De Grote Raad van Mechelen bepaalt dat de partijen binnen 14 dagen de schriftelijke stukken moeten inleveren bij het gerechtshof in de beroepszaak die de stad Delft en de graaf van Arenberge hadden aangespannen tegen de dijkgraaf en hoogheemraden, naar aanleiding van het vonnis van het Hof van Holland van 8 februari 1564, waarbij de dijkgraaf en hoogheemraden werd toegestaan om de kosten van de in het vonnis genoemde processen om te slaan over alle ingelanden binnen Delfland. | ||
350/5Vastgelegd wordt dat het Hof van Holland voorlopig heeft bepaald dat de stadsbestuurders van Schiedam verantwoordelijk zijn voor het beheer, onderhoud en toezicht op de Maasdijk en de spuisluis binnen de stad, waarbij tevens de hoogheemraadschappen Delfland en Schieland worden ontheven van hun schouwplicht daar. | ||
764, f.60De hoogheemraden verklaren dat zij op grond van het bestuursbesluit van vier november dat jaar van Frederick Ramp in ontvangst genomen hebben het bedrag van 800 carolusgulden, waarvan jaarlijks 50 ponden afgelost wordt op 8 december of binnen een maand daarna. | ||
De hoogheemraad Otto van Egmond verklaart dat Pieter Verharen de eed op het ambt van smaldeler voor vier westambachten heeft afgelegd. | ||
352/62De Hoge Raad verklaart dat zijn verschenen de met name genoemde ambachtsbewaarders van West-Eskamp, De Lier, Dijkpolder, Achter de Gaag, Achter Burgersdijk, Aalkeet, Woutharnas, Hodenpijl, Zouteveen, Tedingerbroek, ’s-Gravenzande, Achter de Dijk en Klein Hof van Delft, om Anthonis van Slichtenhorst volmacht te verlenen om namen hen op te treden voor Dierik van der Nijeuburch, raadsman van het Hof van Holland, in de zaak tegen dijkgraaf en hoogheemraden van Delfland en eventueel anderen. | ||
Charter 1 | ||
Charter 2 | ||
764, f.65De hoogheemraden verklaren dat zij van Frederick Ramp uit Haarlem 800 carolus gulden hebben geleend voor de uitvoering van gemeenlandswerken, welk lening met de verschuldigde rente wordt afgelost met een bedrag van 50 carolus gulden per jaar. | ||
342/151De Hoge Raad bepaalt dat het beroep van de ambachtsbewaarders van Naaldwijk en Wateringen ongegrond is en dat zij veroordeeld worden in betaling van de proceskosten, in de zaak van de bevoegdheid over het schouwen en het bekeuren van overtredingen op de lokale waterwerken. | ||
352/98De Hoge Raad van Holland geeft, op verzoek van de hoogheemraden, de deurwaarder opdracht om uitvoering te geven aan een akte van de Hoge Raad van 22 december 1588, waarbij de hoogheemraden en de stadsbestuurders van Delft optraden als partijen. | ||
552/1De hoofdingelanden benoemen Adam Dircxz. van Kerckhoven tot penningmeester van de oostambachten ter inning van het sluisgeld, waarvan hij jaarlijks rekening zal afleggen vóór 15 januari, ten overstaan van de ambachtsbewaarders en ingelanden, waarbij het salaris nog nader bepaald zal worden door de hoofdingelanden, na advies van de ambachtsbewaarders. | ||
342/152De Hoge Raad verklaart dat het gerechtelijke bevel van de ambachtsbewaarders van Wateringen en Naaldwijk op onrechtmatige wijze is verkregen en worden daarom veroordeeld tot betaling van de proceskosten. | ||
775-IDe hoogheemraden verklaren dat ter financiering van de kosten van het verwijden van de haven en het ophogen van de kademuur in Maassluis door de westambachten een lening is opgenomen van 4000 ponden bij Josina de Jonge, weduwe van Jacob Proost, te Leiden, waarvan de rente wordt afgekocht met 200 ponden tegen 5% rente. | ||
366/2De griffier van de Hoge Raad van Holland maakt bekend dat procureur Anthonis van Slichtenhorst is gemachtigd door de baljuw tevens dijkgraaf van Delfland, Aelbrecht Storm van Wena, om ten alle tijden iemand in zijn plaats te stellen. | ||
553/4De schepenen van Delft verklaren dat Cornelis Pijnacker, Claes Willemsz. Ket van Rijnenburch ende Dirck Adamsz. Kerckhoven borg worden gesteld voor Adriaen van Kerckhoven, als penningmeester van de oostambachten, ter vervanging van de twee overleden borgen. | ||