Digitale Charterbank Nederland
De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.
‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder
7.490 charters
sorteren op:
Titel | Datum | |
---|---|---|
Stukken betreffende de verkoop van het goed Tedingsweerd door Johan van Rossem, wijlen heer Johan's zoon, heer tot Zoelen, aan Arnt de Cock van Opijnen, 1449-1454. 4 charters en 1 stuk | ||
Kwitantie van Dirck de Cock van Opijnen en diens vrouw Hillebrant van Delen voor hun broeder Jacob de Cock van Opijnen, betreffende de betaling van 500 gulden als aflossing van een jaarlijkse losrente van 40 gulden, gaande uit het goed de Tedingsweerd, 1581. 1 charter | ||
Transportbrief van twee stukken land, gelegen in de ban van Vlijmen in de kaveling tussen Vlamincx hoeve en de oude dijk, van Henrick Claesz. voor Otte van Malsen, 1497. 1 charter | ||
Akte van huwelijks voorwaarden tussen Jacob de Cock van Opijnen en Walburch van Malsen, 1564. 1 charter | ||
De gemachtigde van Wilhelm Jacob van den Bootselaar toe Toutenborgh, landdrost van 's Heerenberg, bekent verkocht te hebben aan Dr. Albert de Booth Greeven een rente van 200 daalders 's jaars uit 3 erven gen. ten Holte, Plompinge en Heninge, gelegen in het gericht van Paeslo. Geschied voor Nycolaas Paffracht, schout van Paeslo en Oldemarkt. Gezegeld en getekend door de schout en den verkoper. Met het zegel van de schout, 1642 Mei 26. 1 charter | ||
Derick die Zuere belijftuchtigt zijn vrouw, Jutte, in zijn goed in de Lewet, in het kerspel Vollenhove, in zijn goed onder het kerspel IJsselmuiden en in al hunne gerede goederen. Geschied voor Frederick (van Blankenheim) bisschop van Utrecht. Gezegeld door de bisschop. Met het zegel in rood was aan een afgesneden, doorgestoken perkamenten strook, 1401 Mei 13. (Up Sente Servatius dach). 1 charter | ||
Henrick Menger, richter te Haaksbergen, caveerende voor zijn vrouw Anna Cats, transporteert aan Lubbert van Renssen, richter te Oldenzaal, en diens vrouw Geertruida Donckels, 3 mudden zaailand van Megelinck, gelegen in de buurschap Elven aan het veld, omtrent de Vreesenberch. Geschied voor Geraerd de Grueter, richter te Kedingen. Gezegeld en getekend door de richter. Het zegel ontbreekt, 1634 Januari 16. 1 charter | ||
Ropert Walraven, gen. Rendennich, drost te Diepenheim en houtrichter en de markgenooten van Stockummermark, verklaren, dat tijdens Fredrick van Twicloe, drost van Diepenheim, door de markgenooten ten behoeve van de kerk van Markelo aan Johan van Wermeloe verkocht is een stuk land, behoorende tot genoemde mark waarvan de brief "duch verloep der veheden" verloren is geraakt. Gezegeld door de drost en door Otto van Raterberch en Berndt van Fyghe, keurnoten. De zegels ontbreken, 1532 April 29. (Op Maendach negest sunt Markus). 1 charter | ||
Beleening met de ledige hand van Odilia Anna van Voorst van den Grimbergh met de tienden te Elsen, gaande uit de erven Hindertinck, Ribberdinck, Assinck, Lentgerinck, Roede, Haickinck en ten Hege, leenroerig aan Almelo. Tevens krijgt zij octrooi tot het testeeren over die tienden. Van het zegel van den leenheer Adolph Henr. van Rechteren, Vrijheer tot Almelo enz. beroofd, 1692 Mei 13. (Actum in de leencamer des huijses en heerlickheijt Almelo den 13 Meij, ho ca 2da. post meridiem). 1 charter | ||
Beleening van Odilia Anna van Voorst van den Grimbergh met de tienden te Elsen, gaande uit de goederen Hendertinck, Wibberdinck, Assinck en anderen onder Rijssen, leenroerig aan Almelo. Van het zegel van den leenheer Adolph Henrick van Rechteren, heer van Almelo enz. beroofd, 1680 September 9. (Actum in de leencamer tot Almelo den 9den 7bris.). 1 charter | ||
Lubbert Wilderick en zijn vrouw Mette, bekennen verkocht te hebben aan Werner Gysbertssoen 5/4 pachtboter 's jaars uit hun erf gelegen in Mastenbroek op de Rijkestege. Geschied voor Gosen van den Busch, richter van Zwolle. Gezegeld door de richter. Zegel ontbreekt. Hieraan 2 transfixen, 1481 December 22. (Des Saterdages na Sante Thomaisdach des heiligen apostels). 1 charter (met transfixen d.d. 1482 Mrt. 5 en 1555 Mei 25, zie volgend) | ||
Vernieuwing ten leenrechte voor de tijd van 6 jaren van de hypotheek op drie vierde gedeelte van Keller hofstede, alias de Pol onder Mastenbroek in Overijssel, ten profijte van Michiel van der Vecht, groot 1600 gulden, welk goed leenroerig is aan Keppel. Waaraan bevestigd het zegel van den leenheer Frederik Willem Floris, baron van Pallandt van Keppel enz, in rood was, 1778 October 31. 1 charter | ||
Joan ten O(e)ver c.s. bekennen verkocht te hebben aan Wilt van Broeckhuysen, heer van den Doerne, Latmer, Gelderschen Thoorn, Wilperhorst en Groote Weede, en Fenna van Deelen, echtelieden, twee stukken lands, tusschen Hasselt en Craentjen Leck. Geschied voor Rutger van Haersolte, hoogschout van Hasselt en Hasselercampt. Getekend door de schout en gezegeld door de schout en den gerichtsschrijver, Henrick Waterham. Met 2 zegels, 1666 April 5. Zwolle. 1 charter | ||
Joan Cotgen c.s. bekennen verkocht te hebben aan Jan Alphert van Isselmuyden toe den Rollencate en groote Weede en Helena Aleyda van Broeckhuysen, echtelieden, 5 morgen weiland, grenzende aan het land der koopers. Geschied voor Rutger van Haersolte, hoogschout van Hasselt en Hasselerambt. Getekend door de hoogschout en gezegeld door dezelfden en den gerichtsschrijver, Waterham. Met 2 zegels, 1670 Juli 22. 1 charter | ||
Frederik van Baden, bisschop van Utrecht, confirmeert en approbeert de Vicarie, waarvan in bovenstaande brief sprake is, 1511 Januari 11. 1 charter (transfix bij het voorgaande charter d.d. 1511 Jan. 7) | ||
Ghysbert van Lewen en zijn vrouw, Alydt, schenken aan de vicarie van Lazarus, Maria Magdalena en Martha, in de St. Nicolaas kerk te Kampen, 4 Horentkens gl. 's jaars uit een erf, onder IJsselmuiden, losbaar met "twyntich pennyngen enen pennynck". Gezegeld door van Lewen en zijn oom Gheert Arntss. Het zegel van eerstgen. ontbreekt, 1507 Augustus 9. (0p then negenden dach in Augusti). 1 charter | ||
Albert Janss en zijn vrouw Grete, bekennen verkocht te hebben aan Styne Lentyncx 5 heerenponden 5 st. Brab. en 9 plakken 's jaars uit een hof gelegen op den Oirt, losbaar met 45 goudgl. Geschied voor Gerrit Crachtzen en Conraeth van der Vecht, schepenen van Kampen. Met 2 beschadigde zegels, 1564 September 18. 1 charter | ||
Beleening van Heijlwich van Yrth met een stuk lands, Diepenbroick, onder Wijhe, buurschap Meil, haar aanbestorven van haren vader Gerrit van Yrtt, leenroerig aan Baar en Lathum. Waaraan bevestigd het zegel van den richter en stadhouder der leenen van Baar en Lathum, Johan van Broeckhuijsen, in groen was, 1573 September 20. (Up ten twintichsten dach des maents Septembris). 1 charter | ||
Lutgertt van Tongeren en hare broeders en zusters bekennen verkocht te hebben aan Johan Vroosse 1/3 van het goed "den Kelder" gelegen in het kerspel Wyhe, buurschap Tongeren. Geschied voor Evertt van der Wey, schout en richter van Wyhe. Gezegeld en geteekend door de schout en mede bezegeld door Henrick van Holte en Evertt van Tongeren. Met de zegels, 1577 November 23. 1 charter | ||
Acte van peinding aan 1/2 huis en hofstad met een bouwhof, genaamd "de Velthof" onder Borgharen, afkomstig van Johanna van Merwick, in gebruik bij Francisca de Avelos, en diens zoon Johan de Avelos, wegens 100 Rijksdaalders, ten verzoeke van Derick de Vries. Waaraan bevestigd de zegels van den Ambtman en Richter van Tusschen Maas en Waal, Herman van de Poll en van de gerichtslieden Mathijs Weling Cornelisz en Herman Weling, in groen was. Waaraan bevestigd 2 transfixbrieven a.dd. 18 Juni 1577 en b. dd. 18 Juni 1577, betreffende de voortzetting van de gedane peinding, 1577 februari 24. (Den XXIIII van Februario). 1 charter met 2 transfixen | ||