Digitale Charterbank Nederland
De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.
‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder
309 charters
sorteren op:
Titel | Datum | |
---|---|---|
342/167Het Hof van Holland verklaart dat Vranck van der Bye namens de dijkgraaf bezwaar maakt tegen clausule van surséance die het hof op 17 april 1584 de ambachtsbewaarders van Naaldwijk en Wateringen had verleend en de rechtszaak als appellant zal voortzetten. | ||
775-IIDe hoogheemraden verklaren dat ter financiering van de kosten van het verwijden van de haven en het ophogen van de kademuur in Maassluis door de westambachten een lening is opgenomen van 2000 ponden bij Cornelis Duijst van Voorhout te Delft, waarvan de rente wordt afgekocht met 100 ponden tegen 5% rente. | ||
366/9Het Hof van Holland besluit tot intrekking van de opschorting van de bevoegdheden van de dijkgraaf en hoogheemraden voor de komende acht dagen, dat was ingesteld op 6 september 1601 naar aanleiding van het verzoek van de plaatsvervangend schout en baljuw van Vlaardingen en Vlaardingerambacht. | ||
342/168Verklaard wordt dat bij het Hof van Holland de proceszak is ingeleverd houdende bezwaarschriften van Daniël van den Houve, substituut-dijkgraaf van Delfland, tegen de ambachtsbewaarders van Naaldwijk en Wateringen. | ||
776De hoogheemraden verklaren dat ter financiering van de kosten van het verwijden van de haven en het ophogen van de kademuur in Maassluis door de westambachten een lening is opgenomen van 3000 ponden bij Heijndrick Duijst van Voorhout te Den Haag, waarvan de rente wordt afgekocht met 150 ponden tegen 5% rente. | ||
366/16Het Hof van Holland verklaart de bezwaren ontvankelijk die zijn ingediend door dijkgraaf Aelbrecht Storm van Wena en waarbij de hoogheemraden zich hebben aangesloten, tegen het vonnis van hetzelfde hof van 23 november 1601, waarvan de plaatsvervangend baljuw van Vlaardingen, Niclaes van Stockum, de eiser was. | ||
342/169Het Hof van Holland trekt op verzoek van subsituut-baljuw Daniël van der Houff de clausule van surgeantie in die het hof op 27 april 1584 verleende aan de inwoners van Naaldwijk en Wateringen, die daarbij veroordeeld worden tot betaling van de proceskosten. | ||
777De hoogheemraden verklaren dat ter financiering van de kosten van het verwijden van de haven en het ophogen van de kademuur in Maassluis door de westambachten een lening is opgenomen van 2000 ponden bij het Oudemannenhuis te Alkmaar, waarvan de rente wordt afgekocht met 100 ponden tegen 5% rente. | ||
566De Staten van Holland en Westfriesland hebben besloten dat er voortaan twee penningmeesters worden aangesteld in Delfland, een voor de westambachten en een voor de oostambachten, genomineerd door de ambachtsbewaarders en om toerbeurt gekozen door het college van hoofdingelanden en door de hoogheemraden. | ||
566/60De hoogheemraden maken bekend dat Cornelis Michielsz. Soetens Adriaen van Kerckhoven is opgevolgd als penningmeester van de oost- en westambachten, op voorwaarde dat hij voldoende borgen zal stellen, waarna hij de eed op de uitoefening van het penningmeesterschap heeft afgelegd. | ||
342/174aHet Hof van Holland bepaalt dat het de dijkgraaf is toegestaan om bij de molenmeester van de Wateringveldsemolen en bij de Staten van Holland als beheerder van de goederen van de graaf van Arenberge, voormalig ambachtsheer van Wateringen, de vergoeding op te eisen voor de proceskosten van de zaak waarvan op 11 februari 1566 door het hof uitspraak is gedaan. | ||
778XDe hoogheemraden verklaren dat hoogheemraad Johan van Rhoon de westambachten 3000 gulden heeft geleend ter betaling van de gemeenlandswerken en schulden, welke lening wordt afgelost in de vorm van losrenten van 150 gulden per jaar, waarbij de hoogheemraden beloven er op toe te zien dat de lening wordt afgelost. | ||
366/18De Hoge Raad bepaalt dat het appel van de dijkgraaf en hoogheemraden tegen de substituut-baljuw/schout van Vlaardingen in behandeling wordt genomen, ter verkrijging van opschorting van twee uitspraken van het Hof van Holland, waarbij Delfland werd verboden om overtreders te bestraffen voor het schutten van dieren op de Maasdijk. | ||
568De schepenen van Delft verklaren dat Willem van Assendelft zich borg heeft gesteld voor zijn zoon Gerard, als penningmeester van de oostambachten, om het ontvangen bedrag van 6000 carolusgulden als inkomsten af te dragen aan Delfland, alsmede dat hij het bedrag zal terugbetalen aan zijn vader. | ||
1120De hoogheemraden verklaren dat ter financiering van de kosten van het verwijden van de haven en het ophogen van de kademuur in Maassluis door de westambachten een lening is opgenomen van 1000 ponden bij Adrijana van Scaghen, waarvan de rente wordt afgekocht met 50 ponden per jaar tegen 5% rente. | ||
366/19De Hoge Raad besluit het verzoek van de dijkgraaf en hoogheemraden tegen de plaatsvervangend baljuw van Vlaardingen op de eerstvolgende rechtdag in behandeling te nemen. | ||
579De schepenen van Delft verklaren dat Adriaen Boogaert zich borg heeft gesteld voor zijn zoon Adriaen, als penningmeester van de oostambachten, om het bedrag van 6000 carolusgulden als inkomsten af te dragen aan Delfland, alsmede dat hij zijn vader zal vrijwaren van schuldeisers. | ||
342/174bHet Hof van Holland bepaalt dat de dijkgraaf naar de ambachten Naaldwijk en Wateringen moet gaan om de door de ambachtsbewaarders en ambachtsheer verschuldigde kosten van het proces van 11 februari 1566 op te eisen. | ||
805/A, f.137De schout en schepenen van Maasland verklaren dat Jan Vrancken van Velden aan het gemeenland van Delfland heeft verkocht en overgedragen een huis met erf aan de Maasdijk en dat de koopsom van 650 gulden contant is betaald. | ||
De Grote Raad van Mechelen heeft besloten tot uitstel van het vonnis van het Hof van Holland tot afzetting van Adriaen van Dorp, IJsbrant Oom van Wijngaerden en Vranck Pietersz. als hoogheemraden omdat zij niet gekwalificeerd zouden zijn voor dat ambt. | ||