Digitale Charterbank Nederland
De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.
‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder
2.485 charters
sorteren op:
Titel | Datum | |
---|---|---|
Akte waarbij Henric de basterd van Vyanen zich verzoend verklaart met het kapittel van de Dom, van wie hij vijand geworden was sinds de twist ontstond tussen het kapittel en de heer van Vianen, 1417 jan. 26 | ||
Mandaat van Hermannus van Uterwijck, deken van St. Lebuinus te Deventer, gedelegeerd pauselijk rechter, aan Hendrik de Wilde en anderen tot teruggave van de wederrechtelijk in bezit genomen tienden van de kapittels van de Dom en Oudmunster te Lexmond, 1502 dec. 13 | ||
Akte waarbij Walraven, heer van Brederode en Vianen, gemachtigden benoemt in zijn geschillen met de kapittels van de Dom en Oudmunster over de tienden te Vianen, Lexmond, Hagestein en Goberingen, 1504 juli 21 | ||
Akte waarbij Henrick, heer van Brederode, belooft de goederen van de kapittels van de Dom en Oudmunster in zijn heerlijkheden te zullen beschermen, 1558 april 30 | ||
Akte waarbij Walraven, heer van Brederode, erkent de tot nu toe in pacht bezeten tienden, tijnzen en goederen gekocht te hebben, en op zich neemt de belofte, door zijn overgrootvader Walraven aan de kapittels van de Dom en Oudmunster gedaan, na te komen, 1614 mei 23 | ||
Akte waarbij Hans Wolphard, heer van Brederode, verklaart zich te zullen houden aan de in 1614 door Walraven, heer van Brederode, aan de kapittels van de Dom en Oudmunster gedane belofte, 1636 mrt. 3 | ||
Erfpachtbrief van de tiend van 2 morgen land te Goberdingen, behorende aan de kapittels van de Dom en Oudmunster, 1653 febr. 28 | ||
Akte waarbij Otte van Rossem, bastaard, verklaart dat zijn optreden voor het gerecht van Heerewaarden in 1410 alleen ten doel heeft gehad het recht van het kapittel op de tienden aldaar te bewaren, 1411 april 18 | ||
Uitspraak door de Rekenkamer van Gelre en Zutphen, in een geschil met het kapittel en Frederick Hendrick van Randtwijck, heer van Rossum, over de tienden te Heerewaarden, 1662 febr. 1 | ||
Kwijting ten behoeve van de domproost van 12 Gelderse guldens, geschonken voor het koor te Wadenoyen, 1395 aug. 5 | ||
1351 nov. 3 en 1355 mei 5 ( | ||
Akte waarbij Jacob van Apelteren verklaart niets van het kapittel te vorderen te hebben ter zake van de onkosten door hem gemaakt wegens de tienden te Andelst en Herveld, 1494 jan. 24 | ||
1573 juni 19 en 1576 juni 20 ( | ||
Kwijting door Willem Hoyke aan het kapittel gegeven, mogelijk wegens de tienden te Andelst, 1350 juli 25 | ||
Akte waarbij Hendrick die Ruter en zijn familieleden afstand doen ten behoeve van de domheren te Utrecht van alle pachtrecht, dat zij op de tienden te Andelst en Herveld hadden verkregen van de domheren, die te Arnhem hadden geresideerd, 1454 juli 31 | ||
Pachtbrief van de tienden van Zedem, 1403 juni 5 | ||
1350 okt. 15 en 1350 nov. 17 | ||
Akte van de verkoop door het kapittel aan Jan Wennemaerszoon met diens vrouw en erfgenamen, van een tiend te Epe in Veluwe, een tiend te Welsen in het Oversticht en enige inkomsten, het domdecanaat toebehorende, te Heerde en Vorchten, met akte waarbij de bisschop deze handeling goedkeurt, 1444 mrt. 9 en 1444 mrt. 20 | ||
Akte waarbij de domdeken, aan de aartsdiaken van St. Pieter, Stephanus van Wadenoy voordraagt ter benoeming tot rectoraat van de parochiekerk van Hattem, 1351 mei 1 | ||
Uitspraak door de officiaal van de aartsdiaken van St. Pieter, waarbij Stephanus van Wadenoy als rechtmatig bezitter van de cure van Hattem wordt erkend en Jacobus Vranel, kanunnik van Amersfoort, die zich in het bezit er van had gesteld, tot teruggave van de genoten, vruchten en betaling van de gerechtskosten wordt veroordeeld, 1354 sept. 24 | ||