Digitale Charterbank Nederland
De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.
‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder
1.226 charters
sorteren op:
Titel | Datum | |
---|---|---|
Ernst Ingen Nyewelant, burggraaf v. Nijm. en richter in 't Rijk v. Nijm; Baldeken van Lent en Deric Bairs van Velar, gerichtslieden. - Herman van Zandwick verklaart, dat voor hem, als burggraaf v. Nijm., Jorden van der Bruggen en Alit, zijn vrouw, land in de Oye, in de Roezellar, opdroegen aan Henric die Meye. Gegeven int jair onss Heren dusent vierhondert ende twijntich op sente Victoirs avont 1420, 9 oct | ||
Wilhelmus de Doenen, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Ernestus Ingen Nulant, burggraaf; Sanderus de Redinchaven en Nycolaus Vige, schepenen aldaar. - Jacobus Peter'sz. die Molener en Mechtildis, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 1,5 kwart overl. Rijnsche gulden, uit een huis opten Wyer, aan Johannes van der Bruggen. A.D. MCCCC vicesimo primo feria tercia post diem beati Valentini 1421, 16 feb | ||
Adam de Heze en Hermannus de Zandwic, schepenen v. Nijm. - Johannes Herman' sz. De Redinchaven, onderrentmeester van van den Landheer, geeft in diens naam consent tot den verkoopv an een erfpacht van 5 schepsels rogge, die Geradus de Tyll kocht van Wilhelmus de Heze, uit een stuk lands in de Nederheyden op den hoek van den gemeenen weg en de Wijchgenre strate. A.D. MCCCC vicesimo primo die beati Remigii confessoris 1421, 1 oct | ||
Hermannus de Zandwick en Theodericus de Machgeren, schepenen v. Nijm. - Hermannus die Bruyn Godfried'sz. draagt een huis bij Horthornick, voor een erftins van van 4 gulden, op aan Gerardus Boet, terwijl hijzelf vroegere tinsen zal afdoen. A.D. MCCCC vicesimo primo in profesto Conceptionis beate Marie Virginus 1421, 7 dec | ||
Hermannus de Zandwick en Theodericus de Machgeren, schepenen v. Nijm. - Gerardus Boet erkent ontvangen te hebben een huis bij Horthornyck, voor een erftins van 4 Vlaamsche guldens, van Hermannus die Bruyn Godfries'sz. A.D. MCCCC vicesimo primo in profesto Conceptionis beate Marie virginis 1421, 7 dec | ||
Baldekinus de Lent en Sanderus de Redinchaven, schepenen v. Nijm. - Petrus die Hoeghe en Stina, zijn vrouw, geven de helft van een erftins van 18 schellingen, 8 penningen uit 't huis van Henricus Joden, op den hoek van 't straatje van het Stevenskerkhof naar de Hezelstraten (de Trappen) en uit een huis "opten alden Kirchoff", aan Petrus Kaelken, aps prov. van St. Anthonie. A.D. MCCCC vicesimo primo in profesto Conceptionis beate Marie virginis 1421, 7 dec | ||
Johannes die Haze, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Galen, burggraaf; Sanderus de Redinchaven en Petrus de Blitterswick, schepenen aldaar. - Reynerus van den Kirchoff en Hadewigis, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 20 schellingen, uit een huis in de Smeetzstraten, van Nyc. Neudon'sz., aan Henricus de Duer. A.D. MCCCC vicesimo primo in vigillia Nativitatis Christi 1421, 24 dec | ||
Johannes die Haze, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Galen, burggraaf; Sanderus de Redinchaven en Wolterus Boy, schepenen aldaar. - Gadefridus Cuper en Heilwigis, zijn dochter, verkoopen een huis, buiten de Wyntmolenpoerte, aan Henricus Cromijseren. A.D. MCCCC visecimo secundo dominica quadragesime qua cantatur Invocavit 1422, 1 mrt | ||
Hermannus de Waetseler en Hermannus de Zandwic, schepenen v.Nijm. - Rutgerus Henric'sz. erkent schuldig te zijn uit een huisopten Wyer aan de Stadswallen, een erftins van 1 Frankische schild, aan Johannes de Boningen, als prov. van het Heilige Geest-huis. A.D. MCCCC vicesimo secundo in crastino beate Gertrudis virginis 1422, 18 mrt | ||
Hermannus de Waetseler en Henricus de Weelderen, schepenen v. Nijm. - Gerardus Runynck en Hadewigis, zijn vrouw, dragen een erftins van 1 Frankische schild, uit een huis in de Nyerstat, op aan Gertrudis, G.R.'s dochter, voor haar moederlijk erfdeel. A.D. MCCCC vicesimo secundo feria tercia post diem beati Marci Ewangeliste 1422, 28 apr | ||
Hermannus de Waetseler en Wolterus Boy, schepenen v. Nijm. - Hupertus Teuter en Yda, zijn vrouw, en Helmicus Helmich'sz. de Persingen verkoopen een erftins van 1,5 Frankische schild, uit een huis aan de Moldicksche straat, aan Petrus Houberch. A.D. MCCCC visecimo secundo feria quinta post diem beati Urbani pape 1422, 28 mei | ||
Johan van Wyntzen en Jacop Zeger'sz., erfpachters. - Mechtelt, wed. Willem van Apelteren, geeft een stuk lands in Wyntzen in erfpacht voor 1 alt moerken, aan Johan van Bonynghen, als prov. van het Heilige Geest-huis, Gegeven int jaer onss Heren dusent vyerhondert twe ende twintich des dinxdages nae sunte Peters dach ad Vincula 1422, 4 aug | ||
Dyreck van Arnhem, ridder, als tinsheer; Henric van Brienen en Johan van Zallant, tinsgenoten van den Hertog van Gulic en Gelre, en Graaf van Zutphen. - Gheryt van Hirnen en Woube, zijn vrouw, dragen een erfpacht van 7 schilden, uit een stuk lands in Valborch, in Valborgherbroeck, "den Beekschen Camp", op aan D.v.A., als tinsheer. D. geeft de pacht aan Johan van Doernick Rolof'sz., ongeschonden zijn tins. Gegeven int jaer onss Heren dusent vierhondert twee ende twintich des dinxdages na sente Laurens dach des heyligen martelers 1422, 11 aug | ||
Gheryt van Hirnen en Wobbe, zijn vrouw, verklaren verkocht te hebben een erfpacht van 7 schilden, uit een stuk lands in Valborch, in Valborcherbroeck, "den Beeckschen Camp", aan Johan van Doernick Rolof'sz.; met verdere voorwaarden in geval van schade voor J.v.D. - Waersaeckswouden: Johan van Hirnen en Gheryt van Wely. Gegeven int jaer onss Heren dusent vierhondert twe ende twintich des dinxdages na sunte Laurentius dach des heyligen martelers 1422, 11 aug | ||
Mechtilt, wed. Willem van Apelteren, geeft een erfpacht van 1 alt moerken, uit een stuk lands in Wyntzen, aan Johan van Bonynghen, als prov. van het Heilige Geest-huis. Gegeven it jaer onss Heren dusent vyerhondert twe ende twintich op Onss Liever Vrouwen avont Assumpcionis 1422, 14 aug | ||
Wilhelmus de Doenen, onderrichter v. Nijm, aangesteld door Rudolphus van der Hautart, burggraaf; Hermannus de Zandwick en Henricus de Weelderen, schepenen aldaar. - Heylwigis, wed. Ryquinus Slaeps, draagt een erftins van 3 pond 10 schellingen, uit een huis in de Plaetmekerstraten, strekkende tot de Michielsgasse, op aan Johannes de Bonyngen, als prov. van het Heilige Geest-huis. A.D. MCCCC vicesimo secundo in profesto Decollacionis beati Johannis Baptiste 1422, 28 aug | ||
Adam de Heze en Wilhelmus de Heze, schepenen v. Nijm. - Wilhelmus Spaen en Rudolphus Spaen Jan'sz. dragen een erftins van 2 frankische Schilden over aan Johannes van den Berge en Johannes van der Bruggen, als provis. van het Heilige Kruis. A.D. MCCCC vicesimo secundo dominica post diem beati Severini episcopi 1422, 25 oct | ||
Wilhelmus de Doenen en Johannes Cuyseman, schepenen v. Nijm. - Henricus van der Wuest en Elisabeth, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 1 Frankisch schild, uit hun huis buiten de Hezelpoerte bij den Waal, aan Rudolphus de Persingen. A.D. MCCCC vicesimo tercio feria quinta post diem beati Valentini martiris 1423, 18 feb | ||
Rudolphus Huysrait, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Rudolphus van der Hautart, burggraaf; Ernestus Ingen Nulant en Johannes Cuyseman, schepenen aldaar. - Arnoldus van den Perric en Engelbertus v.d. P. geven een erftins van 2 Frankische schilden, uit een huis in de Hezelstraten, en een erftins van 2 pond, 10 schellingen aan Johannes Boy en Johannes van den Berge, als prov. van het Heilige Kruis. A.D. MCCCC vicesimo tercio die beati Gregorii pape 1423, 12 mrt | ||
Hermannus de Zandwick en Theodericus de Machgeren, schepenen v. Nijm. - Requinus Theod.'sz. en Johannes Zewoll verkopen een erfpacht van 0,5 schepsel rogge, uit 't erf van Henr. Haecks vroeger, nu van Metta Herinc, te Heze, aan Johannes de Boyninghen, als prov. van het Heilige Geest-huis. A.D. MCCCC vicesimo tercio feria quarta post diem Palmarum 1423, 31 mrt | ||