Digitale Charterbank Nederland
De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.
‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder
436 charters
sorteren op:
Titel | Datum | |
---|---|---|
P.M. Akte, waarbij bisschop Jan van Diest aflaat verleent aan de bezoekers en begunstigers der Sacramentskapel, 1328. | ||
P.M. Akte, waarbij bisschop Jan van Arkel het wijdingsfeest en een vroeger verleende aflaat naar een andere dag verplaatst, 1355. | ||
P.M. Idem van bisschop Floris van Wevelikhoven, 1389. | ||
P.M. Akte, waarbij bisschop Frederik van Blankenheim de derde vicarie sticht en daarmee Wijnandus de Arkenteel begiftigt, 1396. | ||
P.M. Akte, waarbij bisschop Frederik van Blankenheim het inkomen van het derde beneficium verhoogt. 1411. Met transsumpt. 1439. | ||
P.M. Akte van overdracht door Vrederic die Scroder en Mette e.l. aan heer Bertolt, vicaris ter H. Stede, van een stukje grond bij zijn huis, 1422. | ||
P.M. Notariële akte, waarbij Jutta, de vrouw van de barbier Albertus Godscalx, legateert aan de H. Stede de som van vijf Rijnse guldens, 1455. | ||
P.M. Akte van overdracht door Johan Alfers aan Gheert Andrees van een jaarrente van drie gouden Rijnse guldens, gaande uit zijn huis naast de Vispoort, 1487. | ||
P.M. Akte van overdracht door Sijmoen Baerntsoen aan Henrick ter Wede van een erfenis, 1481. | ||
Decanus et capittulum beate Marie Traiectensis geven hun goederen in de parochie Wije, welke wijlen Gevaerdus, broeder van Wolvoldus, van hen in leen had, aan Goswinus de Merne in pacht voor vier Deventer solidi per jaar, te betalen in hun hof te Une. Gevidimeerd in charter Inv. no. 1368. Gedrukt: Het kerspel van den H. Stephanus te Hasselt en zijne H. Stede door H.W. van Soest (Archief voor de Geschiedenis van het Aartsbisdom Utrecht 38e dl. blz. 352). | ||
Johan, bisschop van Utrecht, schenkt aan de burgers van Hasselt vrijdom van tol te Rijsen en elders in Twente. Oorspr. in Inv. no. 89. Het zegel verdwenen. Vidimus in Inv. no. 95, regest no. 40. | ||
Johannes, bisschop van Utrecht, geeft vidimus van de akte van 1261 (reg. 2). Oorspr. in Inv. no. 1368. Met zegel van de bisschop. Gedr. Arch. Aartsbisd. Utrecht 38e dl. blz. 352. | ||
Johannes de Viernenborch, episcopus Trajectensis, bestemt het goed tot Lephardine in de parochie Hasselt en "neghindenhalven morghen landes" in de marke Herxen in de parochie Wije voor het onderhoud van een tweede priester aan de Sacramentskapel te Hasselt en wijst op nominatie van Hinricus de Viernenborch, schout en kastelein te Vollenhove, Johannes de Budel daarvoor aan. Oorspr. in Inv. no. 1358. Met zegel verdwenen. Het charter heeft veel geleden door de vocht. Gedr. Arch. Aartsbisd. Utrecht 38e dl. blz. 363. | ||
Fredericus, episcopus Trajectensis, verhoogt het inkomen van het door hem gestichte derde beneficium ter Heilige Stede. Transsumpt in het archief der R.K. kerk te Hasselt. In de Inventaris pro memorie vermeld tussen de nummers 1358 en 1359. Gedr. Arch. Aartsbisd. Utrecht 39e dl. blz. 417. | ||
Frederick van Blanckenhem, bisschop van Utrecht, schenkt aan de burgers van Hasselt vrijdom van tol te Kuijnre en het recht, dat slechts burgers van Hasselt tot schout mogen worden benoemd. Vidimus in afschrift 16e eeuw in Inv. no. 192. Latere afschriften in Inv. no. 105. | ||
Heer Lubbertus, zoon van Johannes Kresken, pastoor te Hasselt, geeft aan schepenen en raad toestemming tot het lezen van een mis door een priester, met zijn toestemming te benoemen. Oorspr. in Inv. no. 1214. Het zegel van de pastoor verdwenen. Getransfigeerd geweest met de akte van 1393 mei 14 (regest no. 37). Transsumpt in Inv. no. 1216. | ||
Arnoldus de Tricht, praepositus et archidiaconus van de St. Johanneskerk te Utrecht, et vicarius in spiritualibus sede Trajectensi vacante, keurt de stichting van het gasthuis door schepenen en raad van Hasselt goed. Oorspr. getransfigeerd met de akte van 1391 november 19 (regest no. 36). Het zegel verdwenen. Transsumpt in Inv. no. 1216 (regest no. 107). | ||
Frederic van Blanckenhem, bisschop van Utrecht, geeft vidimus van de akte van 1348 (regest no. 6). Oorspr. in Inv. no. 95. Stuk beschadigd. Datum en zegel verdwenen. | ||
Frederick van Blankenheim, bisschop van Utrecht, geeft aan de stad in erfpacht het veer, de gruit, de cijns te Hasselt en de tollen op drie jaarmarkten voor 70 Frankrijkse schilden. Vidimus in oorkonde Inv. no. 98. | ||
Frederic van Blanckenhem, bisschop van Utrecht, geeft de stad voor bewezen diensten in de oorlog tegen Groningen, in erfpacht voor 12 pond twee stukken land, geheten de Coppellen, het ene aan de Mastbroekszijde, geheten de Overcoppell, en het andere aan de zijde van de stad, geheten de Coppell Uterwijck. Oorspr. met transfix (regest no. 91) in Inv. no. 281. Het zegel verdwenen. | ||