Digitale Charterbank Nederland
De Digitale Charterbank Nederland (DCN) is een centraal dataportal waarin uiteindelijk de gegevens van alle in de Nederlandse archiefinstellingen bewaarde charters in één zoekactie kunnen worden doorzocht. Het portal is ontwikkeld in een samenwerking tussen het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en DE REE archiefsystemen te Groningen, die de digitale toegangen van een groot deel van de Nederlandse archieven beheert. De derde partner in het project, dat werd ondersteund door NWO, was Het Utrechts Archief. Voorts is actieve medewerking verleend door het Regionaal Historisch Centrum Limburg, het Nationaal Archief en veel andere archiefdiensten.
‘Charter’ is de archiefterm voor een afzonderlijk stuk perkament of papier, lees verder
3 zoekresultaten
sorteren op:
Titel | Datum | |
---|---|---|
Zeger vande Wilde, schout, Mens Peters, Daem Willems en Henrick Pot, schepenen, oorkonden dat Wulfer Aerts heeft overgedragen aan Willem van Dorsten, namens het gasthuis, 100 Hollandse gulden volgens de akte waardoor deze is gestoken, op voorwaarde dat men ieder jaar op zondag na Kruisverheffing aan de zieken zal uitdelen gebraad en vier kwarten Rijnwijn, de moeder 5 stuivers Hollands en de zusters 1 stoter en Wulfer ieder jaar in de gebeden zal gedenken. Met zegels van de oorkonders. Transfix van akte d.d. 27 januari 1524 | ||
Akte van belening door Gerrit vander Nijkerck, abt van Sint Paulus te Utrecht, van Cornelis van Weede namens het gasthuis met de helft van ongeslagen veen, veld en drie vierde delen uitgeslagen veen, waarvan het gasthuis de andere helft in leen heeft, te Hees tussen de Vuurse en de eerste Zandhaar, met uitzondering van de ondergrift van 25 last veen, na het overlijden van Willem van Dorsten, 1566. | ||
Rentebrief ten overstaan van schout en schepenen van Henrick van Byler, gasthuismeester, namens het gasthuis, aan Wulffert Aertz van 100 Hollandse guldens tegen een rente van 5 gulden; met akte waarin ten overstaan van schout en schepenen Wulfer Aerts heeft geschonken aan Willem van Dorsten, namens het gasthuis, de 100 Hollandse gulden volgens de akte waardoor deze is gestoken, op voorwaarde dat men ieder jaar op zondag na Kruisverheffing aan de zieken zal uitdelen gebraad en vier kwarten Rijnwijn, de moeder 5 stuivers Hollands en de zusters 1 stoter en Wulfer ieder jaar in de gebeden zal gedenken, 1524 en 1535. | ||